paleontica-logo
Dit artikel moet gereviewd worden. Het kan daarom zijn dat de inhoud en/of de opmaak niet juist zijn.

 

Sedimentaire structuur

Sedimentaire structuren zijn ontstaan tijdens de vorming van het sediment. Het kan gaan om bepaalde soorten gelaagdheid en structuren die in de stratigrafie kunnen helpen om het afzettingsmilieu te reconstrueren. Ook kunnen structuren gebruikt worden om te bepalen of de lagen nog wel in originele positie liggen of op de kop zijn komen te liggen door tektoniek. Hier onder volgen enkele voorbeelden van sedimentaire structuren.

  • Golfribbels zijn symmetrisch en komen voor in kustnabije- of strandafzettingen.
  • Stroomribbels zijn asymmetrisch en komen bijvoorbeeld voor in rivierafzettingen. Hieruit is de stroomrichting af te leiden.
  • Krimpscheuren in modder zijn ontstaan in een gebied die eerst nat was, en daarna is uitgedroogd.
  • Organismen kunnen ook sedimentaire structuren te maken in de vorm van graafgangen, kruipsporen en bioturbatie. Graafgangen en bioturbatie komen meer voor in ondieper water, kruipsporen komen meer voor in dieper water.
  • Indrukken van regendruppels
  • Scheve gelaagdheid ontstaat door wind of rivieren, maar komt ook voor in kustnabije afzettingen. Door de afzetting van zand in ribbels of duinen in een gebied met per saldo sediment aanvoer ontstaan opeenvolgende lagen met scheve gelaagdheid. De basis van de ribbels of duinen blijft als scheve gelaagdheid bewaard. Bij opeenvolgende lagen met scheve gelaagdheid en wisselende richtingen kan sprake zijn van eb en vloed afzettingen. Windafzettingen kunnen worden onderscheiden door een goede sortering van de korrels.
  • Gegradeerde gelaagdheid is een laag die naar boven toe fijner wordt. De meest voorkomende vorm van een dergelijke afzetting is een turbidiet. Door de onderzeese lawine wordt door de afnemende stroomsnelheid steeds fijner materiaal afgezet.
  • Sleepsporen (tool marks) ontstaan als een object wordt meegesleept in de stroming als deze te zwaar is om in suspensie te gaan. De groef wordt opgevuld door bovenliggend sediment.
  • Stuitersporen (flute casts) ontstaan doordat een object net te zwaar is om in suspensie te gaan. Het object stuitert daardoor regelmatig op de ondergrond. Er blijft een asymmetrische kuil over waar het object de bodem raakt. Stuitersporen komen veel voor in turbidiet afzettingen. Het puntige gedeelte van de kuilstructuur wijst in de richting van de oorspronkelijke stroomrichting.


Recente golfribbels op het Noordzeestrand. Foto: Kevin Nolis

Feedback

Mist er iets op deze pagina? Of klopt er iets aan de tekst? Meld het ons.

Doneer

Wij zijn geheel afhankelijk van donaties. Daarom vragen wij onze gebruikers ons te helpen.

0.0%
Percentage van ons maanddoel gehaald deze maand

 Ik wil meer weten

Geo Kalender

Adv. GeoRockShop